Zondag 19 november: 33ste zondag door het jaar A

Zondag 19 november: 33ste zondag door het jaar A

Drieëndertigste zondag door het jaar A

                                            Onproductieve passiviteit

                                                                                            Mt 25, 14-30

Niets is onrechtvaardiger dan een politiek-economisch systeem dat de rijken rijker maakt en de armen armer. Het is nochtans een feit in de meeste derde wereldlanden. De vooruitgang die geboekt wordt, komt slechts ten goede aan de bovenlaag van de bevolking, terwijl de verpaupering verder gaat. Bij ons in het Westen gebeurt hetzelfde, al is het dan op een meer geraffineerde wijze. Wie eenmaal profiteert van het bereikte welvaartsniveau krijgt de middelen aangereikt om hogerop te klimmen. Wie ooit buiten de boot viel, geraakt nog moeilijk aan wal. Deze gang van zaken wordt wel eens het ‘Matteüseffect’ genoemd naar analogie van de slotgedachte uit de parabel van de talenten: “Aan wie veel heeft, wordt nog gegeven…; wie niet heeft, hem wordt nog ontnomen” (Mt 5, 29). Indien men deze zin letterlijk verstaat, dan komt men inderdaad tot een eigenaardige theorie, die niet verenigbaar is, noch met de persoon van Jezus, noch met zijn optreden en zijn evangelische boodschap.

 

De parabel van de tien bruidsmeisjes liet ons met een open vraag achter. Wij weten niet goed wat de oproep tot waakzaamheid inhoudt. De parabel van vandaag geeft ons één antwoord. Een bedrijfsleider gaat op reis naar het buitenland. Hij wil niet dat zijn kapitaal onproductief blijft tijdens zijn lange afwezigheid en verdeelt het daarom onder zijn dienaars. Hij houdt rekening met eenieders bekwaamheid en hoopt op die wijze geen enkele van de drie te overvragen. Bij zijn terugkeer roept hij hen ter verantwoording en beloont of straft naar gelang de geleverde prestaties. Ofschoon deze man een doorslaggevende rol speelt in het verhaal, wordt de parabel niet omwille van hem verteld. De eerste twee dienaren begrijpen de bedoeling van hun heer. Zij werken met het verkregen kapitaal en weten het te verdubbelen. Zij doen alles om het hun geschonken vertrouwen niet te beschamen. Hun inspanningen worden dan ook beloond. Zij worden geprezen om hun inzet en zullen in de toekomst een nog grotere verantwoordelijkheid krijgen. Zij mogen zelfs binnengaan in de ‘vreugde van hun heer’ (v.23), zodat zij dezelfde levensvervulling vinden. Ofschoon zij volledig beantwoorden aan de verwachtingen van het verhaal, wordt ook omwille van hen de parabel niet verteld. Zij fungeren slechts als achtergrond voor de derde dienaar, wiens gedrag fel contrasteert met dat van hen. De laatste krijgt één talent doch, in tegenstelling met de anderen verstopt hij het in de grond. Bij de terugkeer van de heer geeft hij gewoon ‘zijn eigendom’ terug zonder er iets mee gedaan te hebben. Hoe is het mogelijk? De enige reden die wordt aangehaald is de angst van de dienaar voor het vernietigende oordeel van zijn heer. Dit pleit hem niet vrij. Zijn fout blijft: hij heeft nagelaten te doen wat van hem verwacht werd. Hij heeft zijn verantwoordelijkheid niet op genomen.

 

Padre Nikolaas Devynck o.s.b.
Infra Antenne Noord
Sint-Kruis - Brugge

Matteüs 25:14-30

Het Woord van God

In die tijd hield Jezus zijn leerlingen deze gelijkenis voor: ‘Het zal met het rijk der hemelen zijn als met de man die bij zijn vertrek naar het buitenland zijn dienaars bij zich riep om hun zijn bezit toe te vertrouwen. Aan de een gaf hij vijf talenten, aan de ander twee, aan een derde één, ieder naar zijn bekwaamheid. Daarna vertrok hij. Die de vijf talenten gekregen had, ging er terstond mee werken en verdiende er vijf bij. Zo verdiende ook degene die er twee gekregen had er twee bij. Maar die dat ene had gekregen, ging een gat in de grond graven en het geld van zijn heer verbergen.

Een hele tijd later kwam de heer van de dienaars terug en hield afrekening met hen. Die de vijf talenten gekregen had trad naar voren en bood nog vijf talenten aan met de woorden: ‘Heer, vijf talenten hebt gij mij toevertrouwd; ziehier, vijf talenten heb ik erbij verdiend.’ Zijn meester sprak tot hem: ‘Uitstekend, goede en trouwe dienaar, over weinig waart ge trouw over veel zal ik u aanstellen. Ga naar binnen in de vreugde van uw heer.’ Nu trad die van de twee talenten naar voren en zei: ‘Heer, twee talenten hebt gij me toevertrouwd; ziehier, twee talenten heb ik erbij verdiend. Zijn meester sprak tot hem: Uitstekend, goede en trouwe dienaar, over weinig waart ge trouw, over veel zal ik u aanstellen. Ga binnen in de vreugde van uw heer.’

Tenslotte trad ook die het ene talent had gekregen naar voren en zei: ‘Heer, ik heb ervaren dat gij een hard mens zijt, die oogst waar gij niet gezaaid hebt en binnenhaalt waar gij niet hebt uitgestrooid. Daarom was ik bang en ben uw talent in de grond gaan verbergen. Hier hebt ge uw eigendom terug.’ Maar zijn meester gaf hem ten antwoord: ‘Slechte en luie knecht, je wist toch dat ik oogst waar ik niet gezaaid heb en binnenhaal waar ik niet heb uitgestrooid? Daarom had je mijn geld bij de bankiers moeten uitzetten dan zou ik bij mijn komst mijn bezit met rente teruggekregen hebben. Neemt hem dus dat talent af en geeft het aan wie de tien talenten heeft. Want aan ieder die heeft zal gegeven worden, zelfs in overvloed gegeven worden; maar wie niet heeft, hem zal nog ontnomen worden zelfs wat hij heeft. En werpt die onnutte knecht buiten in de duisternis; daar zal geween zijn en tandengeknars.’ ‘

 

Geen reactie's

Sorry, het is niet mogelijk om te reageren.