13 sep Zondag 17 september: 24ste zondag door het jaar A
Van harte vergiffenis schenken
Mt 18, 21-35
Waar mensen samenleven en samenwerken wordt men ongetwijfeld geconfronteerd met elkaars tekortkomingen. Geen enkele gemeenschap is vrij van kleinmenselijke problemen zoals misverstanden door verkeerd ingeschatte interpretaties, antipathieën en vooroordelen, onderlinge rivaliteiten, een gebrek aan aandacht voor mensen die juist op meeleven rekenden. Het zijn fouten die steeds terugkeren en vaak een oorzaak zijn van verstoorde relaties. Maar er is meer. De laatste jaren zijn we getuige van een diepgewortelde haat tussen rassen en volkeren. Mensen die jarenlang vredig met elkaar samenleefden, staan ineens als vijanden tegenover elkaar. Denken we maar aan ex-Joegoslavië. In Noord-Ierland veroorzaken de religieus-politieke tegenstellingen nog steeds een klimaat van argwaan en angst. En binnen dit alles proberen religieuze leiders, priesters en religieuzen een klimaat van vergevingsgezindheid te creëren. Je vraagt je af: kan dit wel? Verzoening is immers een teer plantje dat zo vlug wordt platgedrukt door soldatenlaarzen, door agressiviteit en haat.
Matteüs beëindigt zijn ‘kerkrede’ met een parabel waarin een koning en zijn dienaar de hoofdrol spelen. Het eerste wat schokt, is de houding van de man tegenover zijn mededienaar. We zijn verontwaardigd over zijn hardheid, ondanks de goedheid van de koning tegenover hem. Het gratuiete gebaar van de koning heeft geen enkele effect op hem. Hij wordt er niet door veranderd, integendeel. Hoe kan het? Hoe kan het dat mensen elkaar opsluiten in concentratiekampen; dat zij kinderen folteren, misbruiken en doden? Hoe verklaar je de harteloosheid waarmee sommigen van anderen profiteren? De brutaliteit buiten ons mag evenwel geen vluchtheuvel zijn waarop wij ons terugtrekken uit zelfbehoud. Hoe dikwijls leggen we het gelijk niet aan onze kant. Wij rekenen op de vergevingsgezindheid van familieleden en vrienden, maar hebben er zelf last mee. Onze reacties zijn soms hard en onze woorden vernietigend omdat we ons onvoldoende inleven in wat anderen meemaken.
De koning scheldt zijn dienaar kwijt zonder één voorwaarde. Hoe kan dat? Wie is in staat tot zoveel edelmoedigheid? Het antwoord is: alleen God is zo barmhartig. Hij draagt ons geen zonden achterna. Hij vergeldt geen kwaad met kwaad, maar omgeeft ons met goedheid en tedere liefde. Jezus beaamt dit volmondig tijdens zijn openbaar leven en beklemtoont voortdurend de mildheid van zijn Vader.
Padre Nikolaas Devynck o.s.b. Infra Antenne Noord 8200 Brugge-Sint-Kruis
Matteüs 18:21-35
Het Woord van God
In die tijd kwam Petrus naar Jezus toe en sprak: ‘Heer, als mijn broeder tegen mij misdoet, hoe dikwijls moet ik hem dan vergeven? Tot zevenmaal toe?’ Jezus antwoordde hem: ‘Neen, zeg Ik u, niet tot zevenmaal toe maar tot zeventig maal zevenmaal. Daarom gelijkt het Rijk der hemelen op een koning die rekening en verantwoording wilde vragen aan zijn dienaren.’
Toen hij hiermee begon, bracht men iemand bij hem die tienduizend talenten schuldig was. Daar hij niets had om te betalen, gaf de heer het bevel hem te verkopen met vrouw en kinderen en al wat hij bezat om zo de schuld te vereffenen. Maar de dienaar wierp zich voor hem neer en smeekte: ‘Heer, heb geduld met mij en ik zal u alles betalen.’ De heer kreeg medelijden met die dienaar, liet hem gaan en schold hem de geleende som kwijt. Maar toen die dienaar buiten kwam, trof hij daar een andere dienaar die hem honderd denariën schuldig was; hij greep hem bij de keel en zei: ‘Betaal wat je schuldig bent.’ De andere dienaar wierp zich voor hem neer en smeekte: ‘Heb geduld met mij en ik zal u betalen.’ Maar hij weigerde liet hem zelfs in de gevangenis zetten, totdat hij zijn schuld betaald zou hebben.
Toen nu de overige dienaars zagen wat er gebeurd was, waren zij diep verontwaardigd en gingen hun heer alles vertellen. Daarop liet de heer de dienaar roepen en sprak: ‘Jij, lelijke knecht, heel die schuld heb ik je kwijtgescholden, omdat je mij erom gesmeekt hebt. Had jij dan ook geen medelijden moeten hebben met je mededienaar, zoals ik met jou medelijden heb gehad?” En in toorn ontstoken, leverde zijn heer hem over aan de beulen, totdat hij zijn hele schuld betaald zou hebben. Zo zal ook mijn hemelse Vader met ieder van u handelen die niet zijn broeder van harte vergiffenis schenkt.’
Sorry, het is niet mogelijk om te reageren.