07 aug Zondag 13 augustus 2023: 19de zondag door het jaar A
Tussen geloof en twijfel
Mt 14, 22-33
Water en storm staan in de bijbel dikwijls symbool voor de vernietigende krachten die het menselijk bestaan bedreigen. Vandaag zijn wij getuige van een merkwaardige overgang; van donker naar licht, van storm naar windstilte, van twijfel naar geloof. Het broodwonder dat er onmiddellijk aan voorafgaat, heeft niet het verwachte inzicht bijgebracht. Het volk meent in Jezus een nieuwe koning ontdekt te hebben en wil zich van Hem meester maken. Maar Hij trekt zich terug en gaat in afzondering bidden. De leerlingen begrijpen evenmin de draagwijdte, noch van de tussenkomst van hun Meester noch van hun eigen aandeel bij het uitdelen van het voedsel. Zij beseffen niet welke consequenties het gebaar van Jezus heeft, zowel voor Hem als voor henzelf en voor alle aanwezigen. Zij voelen zich dus om meerdere redenen van Hem verwijderd. Het vallen van de avond, de tegenwind en de storm staan symbool voor de twijfel en de ontreddering die hen aangrijpen. Zij worden meegesleurd in omstandigheden die zij niet zelf hebben gekozen en krijgen steeds minder zicht op de toekomst. Eén onverwachte golfslag kan alles teniet doen en dan staan ze nergens meer.
Juist in deze crisissituatie komt Jezus naar hen toe. Ondanks de storm wandelt Hij over het meer en te midden van hun angstwekkend geschreeuw spreekt Hij hen aan: “Weest gerust. Ik ben het. Vreest niet” (Mt. 14, 27). Hetzelfde scenario herhaalt zich, maar nu tussen Petrus en Jezus. Het vertrouwen in Zijn Heer en vooral zijn uitnodigend woord doen Hem eveneens het water trotseren, maar de angst overvalt hem. Hij is bang en roept om hulp. Op dat ogenblik voelt hij echter een stevige hand die hem vastgrijpt en optilt. Hij wordt overstelpt door een overrompelende ervaring van nabijheid, die de storm in hem bedaart. Wanneer zij beiden in de boot stappen, gaat de wind over het meer liggen. De leerlingen gaan spontaan over tot aanbidding en spreken hun geloof uit in Jezus “de Zoon van God” (Mt 14, 33). Hebben wij een boodschap aan een dergelijk evangelie? Op het eerst gezicht lijkt dit een overbodige vraag, althans als je het geloof ziet als een pakket zekerheden die de mens verwerft en die hem in staat stellen om de gevaren van het leven te trotseren. Uit ervaring weten we echter dat het geloof geen bezit is waarover je zomaar beschikt. Veeleer is het een besef dat nu eens groeit en dan weer vervaagt. Paulus noemt het in zijn brief aan de christenen van Korinthe een “schat in aarden potten” (2 Kor 4, 7), kostbaar en broos tegelijk. Soms doen er zich omstandigheden voor die ons vertrouwen op de proef stellen. Soms knaagt de twijfel aan ons hart en hebben we nood aan tastbaarheid en zekerheid, want wij zijn allen ‘kleingelovigen’.
Padre Nikolaas Devynck o.s.b. Infra Antenne Noord SInt-Kruis-Brugge
Matteüs 14:22-33
Na de broodvermenigvuldiging dwong Jezus zijn leerlingen in de boot te gaan en alvast naar de overkant te varen, terwijl Hij het volk naar huis zou zenden. Toen Hij het volk had weggezonden, ging Hij de berg op om in afzondering te bidden. De avond viel en Hij was daar alleen. De boot was reeds een heel eind uit de kust verwijderd en werd geteisterd door de golven, want zij hadden tegenwind.
Tegen de morgen kwam Jezus te voet over het meer naar hen toe. Maar toen de leerlingen Hem zo over het meer zagen gaan, raakten zij van streek omdat zij een spook meenden te zien en zij begonnen van angst te schreeuwen. Maar Jezus zei onmiddellijk tot hen: ‘Weest gerust, Ik ben het. Vreest niet.’ ‘Heer, – antwoordde Petrus – als Gij het zijt, zeg mij dan dat ik over het water naar U toe moet komen.’ Waarop Jezus sprak: ‘Kom!’ Petrus stapte uit de boot en liep over het water naar Jezus toe. Maar toen hij merkte hoe hevig de wind was, werd hij bang; hij begon te zinken en schreeuwde: ‘Heer, red mij!’ Terstond stak Jezus zijn hand uit en greep hem vast, terwijl Hij tot hem zei: ‘Kleingelovige, waarom hebt ge getwijfeld?’
Nadat zij in de boot gestapt waren, ging de wind liggen. De inzittenden wierpen zich voor Hem neer en zeiden: ‘Waarlijk, Gij zijt de Zoon van God.’
Sorry, het is niet mogelijk om te reageren.