04 aug Zondag 7 augustus: negentiende zondag door het jaar
Waakzaamheid te allen tijde
Lc 12, 32-48
Het is vreemd welke invloed een mens ondergaat vanwege de natuur. Zonder het goed te beseffen leeft hij mee op het ritme van de seizoenen en heeft elke tijd van het jaar een eigen inwerking op zijn gemoed. De zomer schept een sfeer van overvloed en vrijheid, van zorgeloosheid en ontspanning, van vriendschap en hartelijkheid. Het klinkt op zijn minst ongewoon dat wij nu in het evangelie horen spreken over waakzaamheid en ontrouw. De parabel van de heer die terugkeert van de bruiloft doet denken aan de eindtijd met zijn oordeel over goeden en slechten. Ook hier wordt de ene dienaar beloond en de andere gestraft.
Hoe zomers jij je ook voelt, jij wordt verplicht na te denken over alles en nog wat dat je elke dag meemaakt. Omdat je mens bent, omdat je bewust leeft, word je voortdurend geconfronteerd, ja zelfs uitgedaagd. Je kan niet zomaar bestaan en ondergaan wat er gebeurt. Je wilt iets bereiken, je verlangt ernaar gelukkig te zijn, je voelt je verantwoordelijk, je hebt anderen lief, je bent ontgoocheld, je begaat fouten, je mislukt, je geeft het op, je herbegint. Ten slotte weet je: ik mag er niet op los leven. Ik ben méér verplicht aan mezelf, aan anderen die aan me zijn toevertrouwd en uiteindelijk ook aan God. Je mens-zijn kreeg een bestemming, maar het hangt mede van je af of dit eindperspectief ooit werkelijkheid wordt.
Kijk je even mee in de spiegel van de parabels in verband met de komst van het Rijk Gods? Een heer gaat naar een bruiloft, maar zegt niet wanneer hij terugkeert. Willen de dienaars op zijn komst voorbereid zijn, dan moeten zij blijven waken zodat zij op elk moment klaar staan om hem te begroeten. In een tweede parabel is er sprake van een beheerder die mensen aanstelt over zijn bezittingen tijdens zijn afwezigheid. De enen nemen deze taak ter harte, de anderen niet. Bij zijn terugkeer worden allen geoordeeld naargelang hun inzet. In beide verhalen wordt de houding die de heer aanneemt bij zijn aankomst gekleurd door die van zijn dienaren tijdens zijn afwezigheid. Hebben zij hun verantwoordelijkheid opgenomen en treft hij hen aan als wakkere, bedachtzame mensen, dan overschrijdt zijn reactie elke menselijke voorstelling; hij zal heel zijn bezit toevertrouwen en hij nodigt hen zelfs uit aan zijn eigen tafel, waar hij, de heer, hen bedient als zijn eerste gasten. Wie zijn opdracht verwaarloosde, wie zich ten aanzien van anderen liet gelden alsof hij de meester was, wie uit onwetendheid handelde en daarom verkeerd deed, zij allen worden gestraft en zijn niet meer waard nog langer dienaar te zijn. De evangelist Lucas vat het geheel samen: “aan wie veel is toevertrouwd, zal des te meer worden gevraagd” (v.48).
Nikolaas Devynck o.s.b. Padre Infrastructuur Antenne Noord Sint-Kruis-Brugge
Sorry, het is niet mogelijk om te reageren.