02 feb Wijding nieuw vaandel of vlag van JoB
In september 2008 vierde JoB zijn 30ste verjaardag. Tijd dus voor een nieuw vaandel. Dat werd ingezegend door proost André Decock.
109/2008
Toespraak en wijding van de vlag door aalmoezenier André Decock:
Beste mensen allemaal, genodigden in al jullie titels en hoedanigheden, zou ik wellicht moeten zeggen, maar het klinkt toch veel beter als ik zeg: beste leden en gepensioneerde leden van JoB, beste sympathisanten van Job, ik ben blij om hier te mogen staan als Padre van JoB, een taak die ik een tiental jaren geleden overgenomen heb als opvolger van Padre Raf Dely.
Ik ben ook blij, dat ik aan de bezinning, die ik intussen verschillende keren mocht houden, vandaag een heel speciaal feestelijk tintje mag geven. Ik heb namelijk het voorrecht om onze nieuwe vlag te mogen wijden.
Tijdens de voorbije jaren, na de viering van ons 20 jarig bestaan, zijn we blijven zoeken waar onze eerste vlag ergens zou kunnen zijn. Er zou er ooit één bestaan hebben, eentje die blijkbaar nog meeging op Lourdesbedevaart. Stilaan groeide de gedachte, onder andere door onze JoB-ers uit Ieper, om een nieuwe vlag te laten maken.
Het heeft, door allerlei misverstanden en verkeerd gelopen communicatie, heel wat voeten in de aarde gehad om ons vaandel, onze vlag tijdig af te hebben. Het bestuur is dan ook fier en gelukkig, dat onze vlag hier en nu mag gewijd worden, en ikzelf ben uiteraard blij en dankbaar dit te mogen doen.
Padré Raf Dely, mevrouw Mie-Jeanne De Raeve, kortom Raf en Mie-Jeanne, ik vermoed, meer zelfs, ik ben er haast zeker van dat al onze leden van JoB heel blij en verheugd zijn dat jullie beiden het peterschap hebben aanvaard van de wijding van ons vaandel, van onze vlag.
Raf en Mie-Jeanne hebben immers een heel speciale band.
Raf, mijn voorganger als Padré van JoB, die destijds vele kilometers aflegde en vele kazernes bezocht om JoB in België van de grond te krijgen, en die tussen haakjes geboren is op 28 september 1928, en dus binnen 12 dagen 80 jaar jong wordt, vroeg immers in 1995, toen ik voor vier maanden in de Baranja zat, tijdens een JoB-dag in Diksmuide aan Mie-Jeanne of zij haar schouders wou steken onder de JoB-werking.
Raf was toen al twee jaar officieel met pensioen, maar zoals we hem kennen, nog steeds actief bij JoB en eveneens bij Dovo in Houthulst-Poelkapelle.
Wie Mie-Jeanne kent, en dat had Raf blijkbaar toen al door, weet, dat als zij iets aanvaardt, dat ze dat doet vol enthousiasme en overgave, en dat 100% inzet eigenlijk nog niet genoeg is.
Het lag dan ook voor het bestuur van JoB voor de hand om beiden te vragen om meter en peter te worden van ons vaandel, van onze vlag.
Peter en Meter zijn van een vaandel is immers meer dan een formaliteit, meer dan eretitel, die je niet zomaar aan de eerste de beste geeft. Het is misschien niet slecht om even te grasduinen in de geschiedenis om te weten hoe het komt dat een vaandel voor ons militairen zo belangrijk is, en welke betekenis wij militairen geven aan een vaandel.
Het woord vaandel bestaat in onze taal reeds in de 16° eeuw. Het gaat zelfs terug op het Indogermaans woord “fana“, dat “doek” of “stuk doek” betekende. Bij alle volkeren was de vaan een stuk doek, een grote lap, waarop door kleuren en afbeeldingen, een onderscheiding was aangebracht, waaraan de troepenonderdelen hun verzamelplaats in vredestijd konden herkennen. In tijd van oorlog wees het de plaats aan, waar men zich voor de strijd verzamelde, want de vaan was gehecht aan een grote stok, een staak dus die hoog boven de troepen uitstak, en dus van ver zichtbaar was.
Het vaandel was dus een teken van de sociale eenheid van een groep mensen die zich regelmatig verzamelde, met elkaar leefde, met elkaar onder dat teken ten strijde trok. Later gaf de wijding door de priesters aan het vaandel een zekere hogere betekenis.
Nog later in de Middeleeuwen, toen de grootgrondbezitters kleine legertjes vormden om de orde in hun gebied te bewaren, verzamelden de vazallen van de grootgrondbezitters zich onder een vaandel, door hun heer geschonken.
Dit vaandel werd ook steeds meegedragen en vertegenwoordigde dus een deel van de geschiedenis van het troependeel, van zodra het krijgswezen meer geordend was geworden en evolueerde naar een echt leger. Had een troependeel zich in een gevecht onderscheiden, dan hechte de bevelhebber of de vorst een onderscheidingsteken aan het vaandel.
Zo ontstond een erecode, die in bijna alle legers werd opgevolgd. Het vaandel kreeg daardoor een speciale rol bij benoemingen, bij parades, en het werd dan ook een grote eer om vaandeldrager te mogen worden. Daarom heeft ons bestuur beslist om Paul Coppens aan te stellen als onze vaandeldrager.
Hij was immers, samen met onze secretaris Mie-Jeanne, de drijvende kracht onder onze JoB-ers uit Ieper, om te zorgen dat JoB eindelijk terug een vlag heeft.
Peter en Meter zijn, en vaandeldrager zijn, is zich dus eerst en vooral gedragen weten door een eeuwenlange traditie…
Peter en Meter zijn, vaandeldrager zijn is ook achter iets en achter iemand staan. In dit geval achter de vlag die zoals elke vlag een lading dekt. En in ons geval is dit achter de ideeën en de waarden staan van JoB, ideeën en waarden waarvoor deze vlag het symbool wil zijn. Ik kan dat wellicht best verwoorden door te verwijzen naar de symbolen die we op onze vlag hebben aangebracht.
Mag ik onze vaandeldrager Paul vragen om met onze vlag naar voren te komen.
We hebben dus, zoals je ziet, duidelijk gekozen voor een modern vaandel, ook duidelijk anders dan de klassieke regimentsvaandels. We zijn immers wie we zijn, namelijk JoB. Daarom staat links boven, ons logo, en Anno 1978, het jaar van de stichting 30 jaar geleden, in onze typische groene kleur van JoB. Omdat we een christelijke en katholieke vereniging zijn in de schoot van de katholieke aalmoezeniersdienst, behoren wij tot het Bisdom bij de Krijgsmacht. Vandaar dat het logo van het Bisdom bij de Krijgsmacht centraal staat.
We hebben de Belgische driekleur toegevoegd aan dit logo op een bescheiden, maar toch duidelijke manier, om duidelijk te maken dat we als militairen trouw beloofd hebben en blijven beloven aan de koning, aan de grondwet en aan de wetten van het Belgische volk.
Zoals je kunt zien neemt het kruisteken eveneens een belangrijke plaats in. Jezus Christus en zijn boodschap van liefde en vrede, van verdraagzaamheid en broederlijke genegenheid, van vergevingsgezindheid en rechtvaardigheid, om er maar enkele te noemen. Zijn boodschap blijft ons immers inspireren, als mens, als christen, als militair. Een christen militair is en blijft immers altijd een bezield en begeesterd mens. Onderaan het kruis staat, net voor en net buiten onze landsgrenzen, een Belgische vredessoldaat, weliswaar in gevechtskledij, maar met het geweer, zoals het meegedragen wordt tijdens humanitaire zendingen, als symbool van onze inzet en onze bereidheid om ook buiten ons land, maar ook in naam van ons land mee te werken aan het in stand houden van de vrede, of aan het herstellen van de vrede.
Daarom staat hij onderaan het kruis en kijkt naar het uiteinde van het kruis waar we de vredesduif hebben aangebracht, met groene olijftak, teken van onze hoop dat het ooit eens waar mag worden, een wereldwijde vrede voor alle mensen.
Daarom hebben we het woordje vrede nog eens uitdrukkelijk vermeld in onze eigen Nederlandse taal, we zijn immers een Nederlandstalige organisatie binnen ons bisdom met een Franstalige zustervereniging Ecso-Volo.
Peter en Meter zijn, vaandeldrager zijn, is op een speciale manier achter die waarden staan, en een voorbeeld proberen te zijn voor alle leden van JoB, die zich scharen achter deze vlag.
We houden het nu even stil bij de tonen van Il Silentio.
Nu ga ik graag over tot de zegening van ons vaandel, van onze vlag.
Mag ik daarom vragen aan Raf en aan Mie-Jeanne, om naast de vaandeldrager, als meter en peter bij de vlag te komen staan.
Heer Jezus,
Gij zijt op de wereld gekomen
om aan de mensen de liefde van God te openbaren,
om ons te leren dat God alle mensen gelukkig wil maken.
Van Gods liefde zijt Gij het levende teken.
Gij hebt de vlag van onze broederlijkheid
en ons levensdoel geplant.
Vandaag komen wij uw zegen vragen
over deze JoB-vlag,
symbool van onze JoB-werking,
symbool ook van de eenheid en de vriendschap onder elkaar,
van mensen die een nobel doel gemeen hebben.
Zegen dit vlagsymbool
opdat het voor al onze JoB-leden
een voortdurende aansporing mag zijn
om eendrachtig samen te werken.
Zegen vooral ook al onze JoB-ers en JoB-sters
die zich rond dit symbool scharen.
Zegen al onze inspanningen
om onze belangen samen te behartigen en
te streven naar een rechtvaardige en
vredevolle samenleving, wereldwijd.
Laat ons werk vruchten dragen voor alle leden.
Laat het tevens een dienst zijn aan de vrede veraf en dichtbij.
En mogen wij door de vervulling van onze aardse taak
eenmaal het volkomen geluk bereiken in het eeuwige leven.
Amen.
In de jaren die voorbij zijn, hebben we spijtig genoeg al afscheid moeten nemen van enkele van onze JoB-leden die veel te vroeg gestorven zijn.
Op een dag als vandaag, die een dag van vreugde is om de wijding van onze nieuwe vlag, mogen en willen we ook hen niet vergeten.
We weten niet of we op de hoogte zijn van alle overlijdens bij JoB sinds het begin van ons bestaan.
Om geen mensen te vergeten, gaan we ook niemand met naam noemen.
We willen hen allen, hier en nu nog even in herinnering brengen, met een Ierse zegen…
Moge de weg zich voor jullie openen,
moge de wind jullie altijd in de rug waaien,
moge de regen zacht op jullie veld neerzijgen,
moge Gods licht op jullie gezicht schijnen,
totdat we elkaar opnieuw ontmoeten,
en moge hij jullie dragen in de palm van zijn hand.
We willen hen hier en nu ook in herinnering brengen met een Joods gebed…
In het opgaan van de zon en in haar dalen gedenken wij hen.
In het spelen van de wind en de kilte van de winter,
gedenken wij hen.
In het openspringen van de knoppen en in de wedergeboorte van de lente,
gedenken wij hen.
In het azuur van de lucht en in de warmte van de zomer,
gedenken wij hen.
In het ruisen van de bomen en in de schoonheid van de herfst,
gedenken wij hen.
Wanneer wij vermoeid zijn en behoefte hebben aan sterkte,
gedenken wij hen.
Wanneer wij verlaten zijn en ziek van hart,
gedenken wij hen.
Wanneer wij vreugde voelen die we willen delen,
gedenken wij hen.
Zolang wij leven, zullen ook zij leven,
want zij zijn nu een stuk van onszelf,
als wij hen gedenken.
Sorry, het is niet mogelijk om te reageren.