30 aug Zondag 1 september 2024: 22ste zondag door het jaar
Over luisteren en beluisterd worden
Evangelie – Marcus 7,1-8.14-15.21-23
Wellicht ken je de vrijwilligers ‘Tele-Onthaal of C.A.W.”: mensen die dag en nacht paraat staan om te luisteren naar iemand in nood aan de andere kant van de lijn. Vele telefonische oproepen verraden een verborgen verdriet, waarmee men geen blijf weet of dat men niet verteld krijgt. Een dergelijke opvang, hoe afstandelijk en anoniem ook, is voor een aantal mensen een lichtpunt te midden van hun uitzichtloosheid. Blijkbaar voelen heel wat mensen rondom ons zich niet beluisterd of kunnen ze nergens terecht om te zeggen wat hen op het hart ligt. Het is de keerzijde van een samenleving die meer aandacht schenkt aan uiterlijk vertoon, dan aan innerlijke armoede of rijkdom.
Het is eigenaardig dat het al of niet wassen van de handen vóór het eten aanleiding geeft tot een hoogoplopende discussie. Of komt hier een veel dieper liggend meningsverschil tot uiting? Volgens het strakke joodse denken van die tijd, werd de mens innerlijk onrein door allerlei zaken, waarmee hij van buitenaf in contact kwam. Reinheidsvoorschriften waren dus noodzakelijk om de vrome te beschermen tegen kwade invloeden en om de gunst van Jahwe af te smeken. De nauwgezetheid, waarmee iemand het deed was een teken van zijn innerlijke degelijkheid en enkel zo iemand kon op een volwaardige wijze behoren tot het uitverkoren volk.
Jezus reageert hierop vrij scherp, niet enkel omdat Hij dit formalisme overdreven vindt. Het joodse leven zat inderdaad vast in een harnas van wetten en voorschriften, doch Hij legt hier de vinger op een veel diepere wonde. Het zou dan ook onjuist zijn, indien wij dit zouden gebruiken om onze hedendaagse allergie voor alles wat gewoonten en riten aangaat te onderschrijven. Dan zou blijken hoe weinig wij ‘geluisterd’ hebben naar deze woorden en naar Diegene, die ze tot ons spreekt. De discussie over de reinheidsvoorschriften reikt immers verder. Zij laat zien hoe verschillend de farzieeën en Jezus denken over de mens, over God en over de relatie tussen beiden. De eersten geloven in een ideaal van volmaaktheid, dat de mens zelf kan opbouwen en veilig stellen. Naar dit model beoordelen zij allen rondom zich en dus ook de leerlingen. Wat negatief is komt van buitenaf en moet geweerd worden. Voor Jezus leeft het negatieve veeleer in het mensenhart. Daarom luister naar je eigen hart en breng alles wat erin omgaat bij de Heer.
Nikolaas-Willy Devynck o.s.b. monnik Sint-Andriesabdij-Zevenkerken gewezen padre bij Defensie
Evangelie – Marcus 7,1-8.14-15.21-23
De Farizeeën en enkele Schriftgeleerden uit Jeruzalem kwamen bij Hem. Ze zagen dat sommige van zijn leerlingen hun brood aten met onreine, dat wil zeggen met ongewassen handen. Want als de Farizeeën en alle Joden niet met een beetje water hun handen gewassen hebben, eten ze niet, omdat ze vasthouden aan de traditie van de oudsten; en wat van de markt komt, eten ze niet zonder het te wassen. Zo zijn er vele andere dingen waar ze uit traditie aan vasthouden: het spoelen van bekers, kruiken en koperen vaatwerk. De farizeeën en de Schriftgeleerden vroegen Hem: ‘Waarom gedragen uw leerlingen zich niet naar de traditie van de oudsten, maar eten ze hun brood met onreine handen?’ Hij zei tegen hen: ‘Treffend heeft Jesaja over u geprofeteerd, huichelaars, zoals geschreven staat: Dit volk eert Mij met de lippen, maar hun hart is ver van Mij. Hun verering stelt niets voor; wat ze als ware leer brengen, zijn voorschriften van mensen. U laat het gebod van God los en houdt vast aan de traditie van mensen.’
Weer riep Hij de mensen bij zich en zei tegen hen: ‘Luister allemaal naar Mij en begrijp Me toch. Niets wat van buitenaf in de mens komt, kan hem onrein maken.
Want van binnenuit, uit het hart van de mensen, komen de kwade gedachten, ontucht, diefstal, moord, overspel, hebzucht, gemeenheid, bedrog, bandeloosheid, jaloezie, laster, hoogmoed, lichtzinnigheid. Al deze slechte dingen komen van binnenuit en maken de mens onrein.’’
Sorry, het is niet mogelijk om te reageren.