02 jan Zondag 5 januari 2025: Feest van de Openbaring van de Heer
Lezen van de tekenen van de tijd
Matteüs 2, 1-12
Het kerstgebeuren waarvan aanvankelijk slechts enkele eenvoudige herders getuige zijn, wordt vandaag uit zijn intiem sfeer gehaald. Wijzen uit het oosten komen het Kind opzoeken en vragen naar de pasgeboren Koning der Joden. Dit bericht verontrust Herodes en met hem heel zijn hofhouding. Jezus’ geboorte te Betlehem tast blijkbaar het ‘heilige’ van Jeruzalem aan. Zo laat Matteüs van bij het begin van zijn evangelie de ingrijpende betekenis van de komst van de Messias aanvoelen. Jahwe spreekt opnieuw tot zijn uitverkoren volk, maar nu heel duidelijk in een mens, Jezus. Aan hen om te luisteren. De joodse vooraanstaanden zullen het hiermee moeilijk hebben. Arme en uitgestoten mensen veel minder, zelfs heidenen zullen in Jezus Gods aanwezigheid herkennen. De tragische afwijzing, zoals zij zich verder in het evangelie ontwikkelt, is dus nu reeds merkbaar. Rond de kribbe te Betlehem groeit het ‘ja’ van het geloof, maar evenzeer het ‘neen’ van het ongeloof.
Matteüs plaatst de Menswording niet enkel tegen een brede, historische achtergrond. Hij verruimt het kerstgebeuren niet alleen, hij brengt het ook dichtbij, tot in de kleine kring van ons persoonlijk leven. De drie wijzen tonen ons immers de weg naar God. Is er iets kostbaarder dan dit, in een tijd dat zovelen twijfelen aan zijn bestaan of tevergeefs zoeken naar een ontmoeting met Hem. Het eerste dat wij van hen te leren hebben is een sterke aandacht voor alles wat zich afspeelt in het leven. Niets ontgaat hen, zelfs niet een ster aan de hemel. Nu had in die tijd het verschijnen van een ster aan het firmament wel een bijzondere betekenis. Men zag hierin immers een verwijzing naar de geboorte van een belangrijk iemand. Toch worden de mannen er zodanig door geboeid dat zij op zoek gaan naar de nieuwgeborene. Waarheen die tocht hen brengt weten ze niet, maar één iets is alvast duidelijk: zij zijn geraakt tot in het diepste van hun hart, zij laten alles achter en gaan op stap.
Welke uitnodiging steekt hierin voor ons? Er wordt vandaag nogal eens gesproken over het ‘lezen van de tekenen van de tijd’. Men heeft het dan over maatschappij-betrokkenheid, over gevoeligheid voor wat er gebeurt dichtbij en veraf, over Gods aanwezigheid hier en nu. Doch worden wij nog voldoende geraakt door alles wat er ‘tussen mensen gebeurt’? Vaak ‘weten’ wij wel wat er zich afspeelt aan het andere eind van de wereld, wij zijn op de hoogte van de armoede in ons land, maar dringt het ook tot ons door? Is het meer dan een vluchtig beeld of een indruk die aan ons voorbijgaat? De drie wijzen hebben het teken op hun weg gezien. De ster gaf zelfs aan hun leven een beslissende wending.
Nikolaas Devynck o.s.b. – gewezen padre bij Defensie – monnik van de Sint-Andriesabdij-Zevenkerken
Afbeelding: Copyright Otheo – Kerknet
Matteüs 2, 1-12:
1Toen Jezus te Betlehem in Juda geboren was, ten tijde van koning Herodes , 2kwamen er te Jeruzalem Wijzen uit het oosten en vroegen: “Waar is de pasgeboren koning der Joden? Want wij hebben zijn ster in het oosten gezien en zijn gekomen om Hem onze hulde te brengen.” 3Toen koning Herodes dit hoorde werd hij verontrust en heel Jeruzalem met hem. 4Hij riep alle hogepriesters en schriftgeleerden van het volk bijeen en legde hun de vraag voor waar de Christus moest geboren worden. 5Zij antwoordden hem: “Te Betlehem in Juda. Zo immers staat er geschreven bij de profeet:
6‘En gij Betlehem, landstreek van Juda, gij zijt volstrekt niet de geringste onder de leiders van Juda, want uit u zal een leidsman te voorschijn treden, die herder zal zijn over mijn volk Israël.’ ”
7Toen ontbood Herodes in het geheim de Wijzen en hij vroeg hun nauwkeurig naar de tijd waarop de ster verschenen was. 8Daarop zond hij hen naar Betlehem met de opdracht: “Gaat een zorgvuldig onderzoek instellen naar het Kind, en wanneer gij het gevonden hebt, bericht het mij dan opdat ook ik het hulde kan gaan brengen.” 9Na de koning aanhoord te hebben vertrokken zij. En zie, de ster die zij in het oosten gezien hadden, ging voor hen uit totdat ze boven de plaats waar het Kind zich bevond stil bleef staan. 10Op het zien van de ster werden ze vervuld van overgrote vreugde. 11Zij gingen het huis binnen, zagen er het Kind met zijn moeder Maria en op hun knieën neervallend betuigden zij het hun hulde. Zij haalden hun schatten te voorschijn en boden het geschenken aan: goud, wierook en mirre. 12En in een droom van Godswege gewaarschuwd niet meer naar Herodes terug te keren, vertrokken zij langs een andere weg naar hun land.
New Revised Standard Version Updated Edition (NRSVUE)
“Copyright © 2021 National Council of Churches of Christ in the United States of America. Used by permission. All rights reserved worldwide.”
Sorry, het is niet mogelijk om te reageren.