26 sep Zondag 29 september 2024: 26ste zondag door het jaar B
Voor of tegen
Marcus 9, 38-48
Eén van de hete politieke hangijzers is het pluralisme in onze scholen en caritatieve instellingen. Opvallend hierbij is dat dit begrip nogal verschillend wordt ingevuld, al naar gelang de hoek van waaruit jet bekeken wordt. De open geest die leeft in onze hedendaagse maatschappij heeft enerzijds gezorgd voor een breeddenkendheid die ruimte laat voor ene verscheidenheid aan opinies en levensvisies. Anderzijds is het ook ene vaststelling dat de christelijke inspiraties meer en meer naar de achtergrond van het sociale leven verdwijnt en gelovigen dag in dag uit in contact komen met niet-gelovigen en andersdenkenden. in die zin is het pluralisme reeds lang een feitelijkheid. de vraag is: hoe gaan we ermee om? Trekken we ons terug binnen de kring van gelijkgezinden of durven we, open en vrijmoedig, de confrontatie aan?
In het evangelie komt Johannes met dezelfde vragen bij Jezus. Hij heet iemand duivels zien uitdrijven in Diens naam is verontwaardigd omdat hij niet tot hun groep behoort. Jezus’ antwoord is kort: “wie niet tegen ons is, is voor ons” (v.40). Hij maakt de kring van diegenen die bij Hem horen veel breder dan Johannes. Hij voelt zich niet zo vlug bedreigd of in zijn eer gekrenkt. De verdraagzaamheid waartoe het evangelie oproept, is meer dan ooit aan verwerkelijking toe. Onze maatschappij in haar geheel heeft hier nog ene lange weg af te leggen. Bij sommige groepen in Kerk en maatschappij leeft nog te sterk een gevoel van angst of superioriteit; zodat een echte dialoog met andersdenkenden en met de velen die niet meer geloven onmogelijk is. Nochtans zijn wij ‘samen’ voor elkaar en vooral voor hen die het moeilijk hebben onder ons, verantwoordelijk. Een positieve gezindheid, die het goede van om het even wie naar waarde schat, is er dringend nodig om de scheidingsmuren tussen mens, godsdiensten, rassen en talen weg te nemen. Van Johannes wordt er gevraagd dat hij zich niet zou ergeren aan wat er gebeurde. Het zou reeds heel wat zijn, indien wij dit konden.
Wat betekenen Jezus’ woorden voor ons? Samenvattend geven ze ons deze éne raad doe datgene wat je meer mens maakt naar Gods hart en laat na wat je van Hem verwijdert. Waar je handen, je voeten en je ogen verhinderen om liefdevol met mensen om te gaan, dan moet je kritisch jezelf bevragen en van levenswijze veranderen.
Nikolaas Devynck o.s.b. – monnik van de Sint-Andriesabdij-Zevenkerken – gewezen padre bij Defensie
Marcus 9,38-48:
38 Johannes zei tegen Hem: ‘Meester, we hebben iemand gezien die in uw naam demonen uitdreef en we hebben geprobeerd hem dat te beletten omdat hij zich niet bij ons wilde aansluiten.’ 39 Jezus zei: ‘Belet het hem niet. Want iemand die een wonder verricht in mijn naam kan onmogelijk het volgende moment kwaad van Mij spreken. 40 Wie niet tegen ons is, is voor ons. 41 Ik verzeker je: wie jullie een beker water te drinken geeft omdat jullie bij Christus horen, die zal zeker beloond worden.
42 Wie een van de geringe mensen die in Mij geloven ten val brengt, zou beter af zijn als hij met een molensteen om zijn nek in zee gegooid werd. 43 Als je hand je ten val brengt, hak hem dan af: je kunt beter verminkt het leven binnengaan dan in het bezit van twee handen naar de Gehenna gaan, naar het onblusbare vuur. 45 Als je voet je ten val brengt, hak hem dan af: je kunt beter kreupel het leven binnengaan dan in het bezit van twee voeten in de Gehenna geworpen worden. 47 En als je oog je ten val brengt, ruk het dan uit: je kunt beter met één oog het koninkrijk van God binnengaan dan in het bezit van twee ogen in de Gehenna geworpen worden, 48 waar de wormen blijven knagen en het vuur niet dooft.
Sorry, het is niet mogelijk om te reageren.