22 aug Zondag 25 augustus 2024: 21ste zondag door het jaar

Kiezen voor God, Jezus en de mens…

                        Eerste lezing: Jozua 24, 1-2a.15-18      

                        Tweede lezing: Brief aan de Efeziërs 5,21-32

                        Evangelie: Johannes 6,60-69

In de lezingen die wij vandaag beluisteren stellen Jozua en Jezus beslissende vragen aan hun omstaanders. De Israëlieten worden voor de keuze geplaatst wie zij voortaan kunnen dienen: Jahwe of de afgoden. Aan de leerlingen wordt gevraagd of zij, zoals velen het reeds deden, eveneens van Jezus willen weggaan. Jozua en Jezus: beiden confronteren zij mensen rondom zich. Met welke bedoeling? Misschien is het niet toevallig dat hun namen dezelfde betekenis dragen nl. ‘hij die bevrijdt’.

Na de intocht in het beloofde land en de langzame vestiging daar ter plaatse, roept Jozua alle stammen van Israël in Sichem bijeen. Nu Jahwe zoveel voor hen gedaan heeft, nu Hij zijn beloften heeft ingewilligd, worden zij uitgenodigd om zich voor altijd aan Hem en aan Hem alleen, toe te vertrouwen. In het evangelie gebeurt hetzelfde. Nadat Jezus in de broodrede het waarom van zijn leven en zijn zending heeft duidelijk gemaakt, vraagt Hij aan de kleine groep van de twaalf om zich definitief uit te spreken. Zomaar? Moeten zij blindelings geloven? Neen! Het volk zelf herinnert in de eerste lezing aan alles wat er in het verleden gebeurde. Zij hebben reeds ervaren hoe God voor hen zorgt, hoe Hij hen bevrijdde uit de slavernij. Op grond hiervan kunnen en mogen zij kiezen voor Jahwe. Ook Petrus’ antwoord: “wij geloven en weten dat Gij de heilige Gods zijt” (v.69) veronderstelt concrete ervaringen, waarin zij het ‘meer’ van Jezus’ persoon hebben vermoed.

Is dit alles voor ons niet heel betekenisvol? Vaak lijkt het geloof op een aantal waarheden en inzichten, die je moet aannemen, zonder dat ze echt iets betekenen. Bovendien krijg je vandaag nog een reeks reacties erbij te verwerken, zoals: ‘je bent naïef!’, ‘waarmee hou jij je bezig!’, ‘neem het niet te ernstig!’ Kiezen voor God, voor Jezus en zijn evangelie geeft je dan wel eens het gevoel van een niet te bereiken einddoel, dat ver buiten je leven staat. Kiezen voor een gelovig bestaan vraagt ook nu dat je kleur bekent. Juist dit is moeilijk. Wij leven in een maatschappij die in naam van de breeddenkendheid weinig ruimte laat voor consequent beleefde waarden. Mensen worden al te vlug aan de rand geplaatst, omdat ze weigeren mee te doen met algemeen geldende gewoonten. Christen-zijn vandaag is een veeleisende opgave die heel wat vreugde brengt in het leven van een gelovig mens.

Nikolaas-Willy Devynck o.s.b.

gewezen padre bij Defensie

monnik Sint-Andriesabdij-Zevenkerken

Johannes 6, 60-69

⁶⁰Veel leerlingen van Jezus die het gehoord hadden zeiden: “Deze taal stuit iemand tegen de borst. Wie is nog in staat naar Hem te luisteren?” ⁶¹Maar Jezus die uit zichzelf wist dat zijn leerlingen daarover morden, vroeg hun: “Neemt gij daar aanstoot aan? ⁶²Als gij dan de Mensenzoon ziet opstijgen naar waar Hij vroeger was …? ⁶³Het is de geest die levend maakt, het vlees is van geen nut. De woorden die Ik tot u gesproken heb zijn geest en leven. ⁶⁴Maar er zijn er onder u die geen geloof hebben.” Jezus wist inderdaad van het begin af aan wie het waren die niet geloofden en wie Hem zou overleveren. ⁶⁵Hij voegde er aan toe: “Daarom heb Ik u gezegd dat niemand tot Mij kan komen als het hem niet door de Vader gegeven is.”

⁶⁶Tengevolge hiervan trokken velen van zijn leerlingen zich terug en verlieten zijn gezelschap. ⁶⁷Waarop Jezus aan de twaalf vroeg: “Wilt ook gij soms weggaan?” ⁶⁸Simon Petrus antwoordde Hem: “Heer, naar wie zouden wij gaan? Uw woorden zijn woorden van eeuwig leven. ⁶⁹en wij geloven en weten dat Gij de Heilige Gods zijt.”^,