Verslag bezinningsdagen te Retie 2004 (deel 2): ‘Vader Ons’

Verslag bezinningsdagen te Retie 2004 (deel 2): ‘Vader Ons’

Verslag van het tweede deel van de bezinningsdagen te Retie in maart 2004. Het thema daar was de analyse van het ‘Onze Vader’ vanuit de Hebreeuwse versie.

 

Walscharts Annie

2/2004

Een woordje vooraf:
Januari 1985 begonnen we eraan: een cursus Hebreeuws-Aramees. Geen idee wat er ons te wachten stond. Zij die het konden weten beloofden ons dat er een wereld voor ons open zou gaan. Nu bijna 20 jaar later gaan we nog steeds met heel veel moed naar de lesavonden. Om de taal vlot te leren spreken ontbreekt het ons waarschijnlijk aan gelegenheden om alles in de praktijk om te zetten, maar dat het ons in ons spiritueel leven een eind op weg geholpen heeft – en nog steeds helpt – staat buiten kijf. De teksten zijn zo veel duidelijker – vragen vinden een antwoord of komen gewoon niet meer in ons op – gebeden hebben veel meer inhoud dan op het eerste gezicht lijkt.
Het verheugde mij dan ook zeer dat E.H. De Vijlder (onze leraar in Antwerpen – reeds al die jaren) de kans kreeg onze tweede studiedag te Retie te leiden. Hij koos het Onze Vader als tekst en al vlug bleek dat Vaderons een veel betere keuze is als titel voor dit gebed.

Studie van het Onze Vader vanuit het Hebreeuws-Aramees door E.H. R. De Vijlder :

VADERONS ( cfr. Avinoe )

De semitismen (rechtstreekse en onrechtstreekse invloeden van semitische talen, in casu het Hevreeuws-Aramees) in de Griekse tekst van het Onze Vader zijn zeer talrijk. (Hier werd de tekst van Mt. 6, 9-13 als basistekst genomen.) Dit heeft geleid tot een onderzoek van de tekst in verband met de Hebreeuws-Aramese spreek- en denkwereld.
Enkele resultaten van dit onderzoek volgen hier. De Nederlandse tekst is niet zo zeer een vertaling dan wel een zo getrouw mogelijke weergave van een wetenschappelijk verantwoorde Hebreeuws-Aramese tekst.

VADERONS
Dient te zijn geheiligd naam-gij
Dient aanwezig te zijn het koningzijn-gij
Dient te geschieden wilsverlangen-gij

a. De heiliging van de naam-gij : Vaderons of Vader-wij verwijst naar het bewust zijn van de alles overstijgende werkelijkheid van de intense liefde van de Vader (Av betekent vader en komt van liefhebben)
b. Het koning-zijn verwijst naar het heersen over de volken met een mateloze goeddadigheid cfr. psalm 117 ( Hebr. Nummering)
c. Het uiteindelijke doel van het langen – cfr.verlangen naar – van Vader-wij is het intense leven in eenheid met Hem (cfr. Joh. 10, 9-10 )

De samenvatting van deze drie brengt ons tot de Godsnaam Sjomeer. Hij die steeds waakt, wakker blijft om dat alles te verwezenlijken . (Sj – naam, M – rijk, R. wil) cfr.psalm 121.

Geef ons heden ons dagelijks brood.

Hier wordt de hertalingsmoeilijkheid van het Griekse : ” ton arton…..ton epioesion” opgeheven door het verantwoorde gebruik van het Hebreeuwse Machar dat verwijst , niet naar het statische heden doch naar het actie-gerichte heden – naar wat nadien komt ; het brood dat intensief-dwingend gevraagd wordt als voeding voor wat onmiddellijk komt en als voeding voor het bereiken van het uiteindelijke levensdoel.

Het opheffen der schulden

Zie de volle inhoud van dit woord bij de genezing van de lamme te Kafarnachoem :
Mt. 9, 1-8 / Mc. 2, 1-12 / Lc.5, 12-26 . Door het gebruik van de grammaticale ” Avar”- ( het is geweest – het zal geweest zijn ) wordt ons vergeven in de voltooid toekomende tijd.

En veroorzaak niet dat wij ingaan in

Dit dwingend vragen verwijst naar het relaas van het voorval te Refidiem ( Exodus 17, 1-7 ) waar van God een bewijs werd gevraagd van zijn zorgende werking voor Israël. Het verwijst ook naar de noodzaak van eenvoudige helderheid in ons omgaan met de Satan de tegenstander (Mt. 4, 1-11) der immer verneint cfr. Goëthe.

Veroorzaak dat wij loskomen van de Rasja

Waar de Griekse tekst het accent legt op de intensiteit van het wegrukken ( cfr. septuagint-Grieks) , legt het Hebreeuws-Aramese denken de nadruk op de veroorzakende werking van Jezus : Jehosjoea – Losmaking.
Dat ” losmaken van” gebeurt ten opzichte van de Rasja die onrust veroorzaakt. Cfr. Joh. 8, 1-11 : de pericoop aangaande de overspelige vrouw waar Jezus geopenbaard wordt ( in de Hebteeuws-Aramese versie) als diegene die rust veroorzaakt in de plaats van onrust.

Het tweede gedeelte met het geven van brood, het ons leiden – weg van de twijfel (aan Gods zorgende werking) en het losmaken van de Rasja blijkt na een algemene uiteenzetting een specifiëring te zijn van de werking van Vaderons op aarde.
De opvallend persoonlijk gerichte – dwingende – grammaticale vorm van dit tweede gedeelte van het gebed ten opzichte van de Avinoe lijkt enkel verklaarbaar door het feit dat het gebed van de Heer Jezus zelf komt en door Hemzelf werd aangeleerd cfr. Lc. 11, 1-2.

Geen reactie's

Sorry, het is niet mogelijk om te reageren.